Aanzetten voor een nieuwe mobiliteitsaanpak
Midden maart 2020 kreeg Covid-19 Europa en de rest van de wereld stevig in zijn greep. We kwamen met zijn allen tot een stand-still. Iedereen bleef de voorbije maanden “in zijn kot”, enkel essentiële verplaatsingen waren toegestaan, het sociale leven lag stil en wie dat kon, werkte van thuis uit. Dat resulteerde in een drastische daling van het autoverkeer. De daling bij voetgangers of fietsers was minder groot. Voor kortere noodzakelijke verplaatsingen of om ons te ontspannen kozen we, geholpen door het mooie weer, vaker om te wandelen of voor de fiets.
Maar wat nu de lockdownmaatregelen stilaan teruggedraaid worden? Hoe verplaatsen we ons de komende weken als we naar het werk, naar school of naar de winkel gaan of wanneer we toch weer bij familie of vrienden op bezoek mogen? De mobiliteitswereld staat voor een aantal grote uitdagingen
In eerste instantie is er de bezorgdheid om verplaatsingen op een veilige en gezonde manier te kunnen organiseren. Wie zich buiten begeeft, moet de noodzakelijke 1,5m afstand van anderen kunnen bewaren. Op plaatsen waar dat niet mogelijk is, is het dragen van een mondmasker verplicht. Hier en daar maken steden nu al meer ruimte voor fietsers en voetgangers of worden er versneld schoolstraten ingevoerd. In winkelstraten worden verkeersmaatregelen zoals eenrichtingsverkeer of een verplichte looprichting voor voetgangers ingevoerd…
Een tweede vraag die zich stelt is wat de effecten van deze zorg om veiligheid zullen zijn op ons verplaatsingsgedrag? Zullen we massaal het openbaar vervoer links laten liggen? Keren we de deelmobiliteit de rug toe? En voor welke alternatieven gaan we dan kiezen? Stapt iedereen in de auto? Of krijgen we een modal shift in het voordeel van de fiets en te voet?
Ten derde zijn er de maatschappelijke gevolgen van de coronacrisis. We werden gedwongen om massaal ons gedrag aan te passen en dat is in grote mate ook gelukt. Maar wat blijft daarvan hangen eens de lockdownmaatregelen teruggedraaid worden? Zullen we vaker lokaal gaan shoppen? En wordt het structureel telewerken een blijver? Gaan we minder vergaderen en vaker kiezen voor een teleconference of een e-mail?
Tot slot… we zijn er nog niet! De komende weken en maanden maken we stapsgewijs kennis met “het nieuwe normaal”. Buitenlandse reizen zijn nog niet aan de orde, evenementen zijn niet toegelaten, horeca is niet open. Elke stap in het exitplan zal nieuwe uitdagingen en vragen creëren. Wordt het deze zomer een staycation of krijgen we een tsunami van dagjesmensen aan de kust? Hoe voorkomen we bottlenecks bij toeristische bestemmingen, op grote verkeersknooppunten...? Is de drive-in aan een revival toe? Of vinden we ook duurzame alternatieven? Kunnen nieuwe vervoersoplossingen op maat een rol spelen?
Een catchy titel die al meteen vraagt om enige nuancering: een sluitend antwoord op al deze vragen valt vandaag onmogelijk te geven. De toverformule bestaat niet. Het zal er de komende weken en maanden op aankomen de juiste puzzelstukjes samen te leggen en te leren uit onze fouten. Uiteraard kunnen we putten uit ervaringen bij soortgelijke situaties, maar niemand heeft een dergelijke mondiale crisis ooit meegemaakt. Dat maakt het uitermate boeiend. We krijgen de kans om te resetten, een aantal zaken anders aan te pakken. Laten we die kansen vooral grijpen! We leggen alvast een aantal puzzelstukken op tafel.
Veranderend verplaatsingsgedrag vraagt een aangepaste ruimte. Als we wandelen en fietsen willen promoten voor korte afstanden, dan moeten we ervoor zorgen dat voetgangers elkaar op een respectabele afstand kunnen kruisen. Dat kan door restrictieve maatregelen zoals eenrichtingsverkeer voor voetgangers omdat de voetpaden te smal zijn. Maar als we de rode loper willen uitrollen voor voetgangers, zullen we een stap verder moeten gaan. Zo kunnen parkeerstroken in centrumstraten overdag dienen om voetgangers meer ruimte te geven, terwijl ze ’s avonds, na sluitingstijd van de winkels kunnen ingenomen worden door bewoners die er parkeren.
Voor de fiets geldt dezelfde logica. Ook voor fietsers zullen we meer plaats moeten maken in het wegbeeld. De fiets is immers het vervoermiddel bij uitstek dat aan onze nieuwe vervoersnoden kan voldoen: makkelijk om afstand te houden van andere weggebruikers, uitermate wendbaar, beperkt in ruimtegebruik, zowel tijdens het fietsen als voor het parkeren. De zomermaanden vormen de ideale periode om nieuwe verplaatsingsperiode die tot stand kwamen tijdens de lockdown te bestendigen, voor korte, maar ook voor langere afstanden.
Ook gebruikers van het openbaar vervoer zullen meer ruimte nodig hebben. Het ene schuilhuisje met de smalle ingang en een bankje zal aan drukke haltes niet volstaan bij slecht weer. Een open overkapping is handiger om een wachtrij te organiseren. En waarom geen aanduidingen waar de trein precies stopt en waar de deuren zitten op het perron? Dat maakt het mogelijk om ook daar het wachten beter te organiseren.
Ook de organisatie van het vervoer kan aangepast worden. Een treinticket naar de kust met een “vrije terugrit” kan je bijvoorbeeld de mogelijkheid geven om weg te trekken uit Oostende als het daar te druk wordt en ’s avonds de trein naar huis te nemen vanuit Koksijde of Blankenberge met hetzelfde treinticket. Als reiziger geniet je van een grotere flexibiliteit en het biedt de mogelijkheid om bezoekersstromen aan de kust beter te spreiden.
Op piekmomenten kunnen autocars een rol spelen in het vervoersnetwerk. Met de annulatie van heel wat reizen en evenementen in binnen- en buitenland biedt deze sector een belangrijke vervoerscapaciteit. Een aantal autocarbedrijven maken nu al aanpassingen in hun vloot om het vervoer veilig te laten verlopen. In vergelijking met een lijnbus bieden deze voertuigen heel wat meer comfort en het aantal plaatsen is beperkt tot het aantal zitplaatsen, dus geen overvolle voertuigen.
Het verkeer anders gaan organiseren is een volgende optie. Tijdelijke circulatieplannen voor autoverkeer, maar ook voor voetgangers en fietsers, kunnen ervoor zorgen dat bottlenecks of drukke locaties vermeden worden, of kunnen zorgen voor een betere spreiding van de verkeersstromen in de stad of rond een bestemming.
Maar de meest veilige en duurzame verplaatsing, blijft de verplaatsing die vermeden wordt. Hier schuilen ongetwijfeld kansen voor lokale initiatieven, nieuwe buurtwinkels of buurtpunten waarover we eerder al schreven.
De toepassing van mobiliteitsmanagement voor diverse bestemmingen wordt uitgebreid toegelicht in een ander artikel. We hebben er de laatste weken alles aan gedaan om iedereen weg te houden uit het openbaar vervoer. Bovendien schortten een aantal steden ook tijdelijk hun LEZ en/of hun parkeercontroles op. In combinatie met de historisch lage brandstofprijzen zijn dat heel wat incentives om voor de auto te kiezen. Hoe verder de exit vordert, hoe moeilijker dit beleid zal kunnen gehandhaafd worden. Onze wegen bieden niet alleen onvoldoende capaciteit, ook een parkeerplaats vinden wordt op die manier onbegonnen werk.
De modal shift die op gang gebracht is, zal richting duurzame mobiliteit moeten gaan en ook het openbaar vervoer zal gerehabiliteerd moeten worden, zij het misschien niet in zijn huidige vorm. We zullen te voet gaan, fietsen en het openbaar vervoer gebruiken aantrekkelijker en veiliger moeten maken. Meer ruimte, nieuwe reisformules, een grotere flexibiliteit kunnen daarbij helpen. Wanneer deze stimulerende maatregelen onvoldoende resultaat opleveren, kunnen ook restrictieve maatregelen voor het autoverkeer het effect versterken.
Nieuwe verplaatsingsvormen en een veranderd mobiliteitsgedrag veranderen de nood aan informatie voor de reiziger. Veiligheid staat hoog op de prioriteitenlijst van de post-coronareiziger. Hij heeft nood aan nieuwe vormen van informatie. Welke bestemmingen liggen binnen fietsbereik? Hoe kan ik piekmomenten vermijden? Waar vind ik plaats op de trein? Waar vind ik minder drukke plaatsen in de stad? Of aan het strand? Wanneer zal het beginnen te regenen? Het is stuk voor stuk informatie die het verplaatsingsgedrag zal beïnvloeden. En ook hier geldt, een goed geïnformeerde reiziger is er twee waard. Informatie maakt het mogelijk om te anticiperen, het verplaatsingsgedrag aan te passen en op die manier een veiligere omgeving te creëren.
Navigatietoepassingen kunnen in deze informatiestroom een belangrijke rol spelen. Op voorwaarde uiteraard dat ze up-to-date informatie bevatten. U leest er alles over in een ander artikel.
We hebben de voorbije weken en maanden niet stilgezeten. Zoveel mag duidelijk zijn. We staan klaar om u met raad en daad bij te staan bij het organiseren van de mobiliteit van uw medewerkers, inwoners, bezoekers, residenten, scholieren enz. We hanteren daarbij een hands-on aanpak die verder gaat dan een plan of een theoretische visie. We begeleiden u bij de implementatie en gaan na of alles werkt zoals we voorzien hadden. We gaan voor een mobiliteitsaanpak die werkt.
Benieuwd naar wat we voor u kunnen betekenen? Contacteer Scelta Mobility via e-mail of bekijk onze contactpagina.
We houden u enkele keren per jaar op de hoogte van onze updates en ons aanbod. U kunt op elk moment opnieuw uitschrijven.